Antwoord 6: Voor en na de botsing zijn de snelheden precies gelijk. Stel dat de deeltjes massa's m1 en m2 hebben. Voor de botsing hebben ze de snelheden v1=v en v2=w. Na de botsing geldt dus $v_1^\prime=w$ en $v_2^\prime=v$. Uit behoud van impuls volgt m1v+m2w=m1w+m2v, of (m1-m2)(v-w)=0. Omdat $v\neq w$ in dit geval, moet dus m1=m2 gelden. U zult zich wellicht afvragen of dit geldig blijft nadat we de relativistische kinematica hebben beschouwd. In dat geval wordt de impuls niet meer gegeven door mv, maar door $mv/\sqrt{1-v^2/c^2}$. Vervangen we in bovenstaande v door $\hat v=v/\sqrt{1-v^2/c^2}$, dan zien we dat de conclusie blijft dat m1=m2 ($\hat v=\hat w$ impliceert wederom v=w, hetgeen evident niet het geval is.)